Voorbarig handelen komt werkgever zeer duur te staan
Het ontslag op staande voet is de meest vergaande maatregel in het arbeidsrecht. Voorzichtigheid is daarom geboden bij het gebruik van dit middel. Deze abrupte ontslagroute kent in beginsel geen gulden middenweg, waardoor maar één partij als winnaar uit de bus kan komen. Een recent arrest van het Hof Arnhem-Leeuwarden laat nog maar eens zien dat er vele valkuilen zijn waarin een werkgever kan vallen bij het aantonen van de dringende reden. Wat was er aan de hand?
De werknemer in kwestie was een commercieel directeur die het plezier in zijn werk had verloren. Dit had gevolgen voor de wijze waarop hij zijn werktijd invulde. Zo gebruikte hij zijn zakelijke auto regelmatig om tijdens werktijd een bordeel in Duitsland te bezoeken en stond hij lange tijd stil op parkeerplaatsen. De resultaten van zijn afdeling werden mettertijd slechter.
De werkgever was achter deze (toch wel) “bijzondere tijdsbesteding” gekomen, door een uitgebreid onderzoek te starten naar het gaan en staan van deze werknemer. Zonder medeweten van de werknemer had de werkgever een recherchebureau ingeschakeld om de werknemer te laten volgen, waarbij een peilbaken (GPS-volgsysteem) onder de auto was geplaatst. Verder moest de werknemer onder valse voorwendselen zijn telefoon en IPad inleveren en werd hij onderworpen aan een drukkend verhoor, waarin hij verklaarde een groot gedeelte van zijn werktijd te besteden aan privéaangelegenheden. Een dag later had de werknemer deze verklaring herroepen. Dit vond de werkgever des te meer reden om de werknemer op staande voet te ontslaan.
Het hof volgt de redenering van de werkgever niet en oordeelt dat het ontslag op staande voet een te snel en te zwaar ingezet middel is geweest. Van belang wordt geacht dat de werknemer nooit op zijn werkhouding is aangesproken of ter verantwoording is geroepen voor de achterblijvende resultaten. Verder heeft de werkgever niet voldoende kunnen aantonen welke noodzaak zij had om de vergaande onderzoeksmethoden in te zetten. Daarbij neemt het hof ook in overweging dat de werknemer als commercieel directeur een grote vrijheid genoot om zelf te bepalen hoe hij zijn werktijden indeelde.
Dankzij een royale exitregeling, een billijke vergoeding, alsmede een hoog maandsalaris, heeft deze werknemer een half miljoen euro (!) overgehouden aan het gestrande ontslag op staande voet. Uit dit arrest is derhalve een belangrijke les te trekken voor werkgevers die een vermoeden hebben dat een werknemer zich onbehoorlijk gedraagt waartegen zij actie wil ondernemen: vraag tijdig een advocaat om advies over de te nemen stappen.